Salomon Frankenhuis. geboren op 14 September 1904 in Enschede, was een zoon van Philip Frankenhuis en Jetje Woudstra. Hij was gehuwd met Rozette Wolf, een dochter van Mozes Wolf en Jansje Vrieslander. Het echtpaar woonde in Enschede in de Javastraat 102, waar op 9 April 1941 hun dochter Henriette werd geboren.
Zijn vrouw Rozette Wolf, die bij de verplichte registratie van alle Joden in Nederland “in vergevorderde staat van zwangerschap was”, werkte na de geboorte van haar dochter voor de Joodse Raad in Enschede bij de afdeling “Hulp aan Vertrekkenden” maar was niet “gesperrt”. Wél had zij een legitimatie met nr. B-1003 van de Joodse Raad, die op 1 Juli 1942 aan haar was verstrekt.
De Joodse Raad-registratiekaarten van het gezin Frankenhuis geven geen duidelijkheid over data van aankomst in Westerbork; Rozette en haar dochter Henriette hebben vermoedelijk de oorlog door onderduik overleefd, maar uit notities op hun registratiekaarten van de Joodse Raad kan dat niet worden afgelezen. Het ontbreken van een transportdatum op hun kaarten, staven het vermoeden van onderduik.
Van Salomon Frankenhuis is ook niet bekend wanneer hij naar Westerbork is afgevoerd en ook niet of hij hij in een Joods werkkamp in Nederland tewerkgesteld geweest was, maar wél dat hij op 16 October 1942 van daar op transport gesteld is naar Auschwitz. Dat transport met 1710 gedeporteerden is in Auschwitz aangekomen op 19 October. In Kozel – gelegen ± 80 km westelijk van Auschwitz - moesten bij een tussenstop 570 mannen tussen 15 en 50 jaar de trein verlaten om als dwangarbeiders in de omliggende werkkampen tewerkgesteld te worden. Niet duidelijk is of Salomon Frankenhuis daarbij was, of dat hij verder naar Auschwitz vervoerd werd en daar bij aankomst alsnog als dwangarbeider werd geselecteerd.
Duidelijk is echter wel dat Salomon Frankenhuis uiteindelijk in het kamp Monowitz terechtgekomen is, van waar hij nog een brief naar huis heeft geschreven, die op 18 Januari 1943 in Enschede ontvangen is voor R. Frankenhuis-Wolf in de Javastraat 102 aldaar.
Uiteindelijk heeft Salomon Frankenhuis in het voorjaar van 1943 zijn leven verloren, maar de exacte datum en plaats is niet bekend. Daarom is bij beschikking van de Arrondisements Rechtbank van Almelo, Enschedese kamer, op 12 Maart 1947 door de Gemeente Enschede een overlijdensakte opgemaakt voor Salomon Frankenhuis, waarin is vastgesteld dat hij op 1 April 1943 in Auschwitz is overleden.
Bronnen o.a. het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Salomon Frankenhuis, Rozette Frankenhuis-Wolf en Henriette Wolf; de wikipedia lijst van jodentransporten vanuit Nederland.nl; Burgelijke Stand Enschede, overlijdensakte Salomon Frankenhuis nr. 256 van 12 Maart 1947.