De familie van Anna van Dal en Salomon Israel

In Sobibor omgekomen

Verhaal -
Door: Astrid

Anna van Dal werd op 11 maart 1908 in Rotterdam geboren. Ze was het 1e kind van Samuel van Dal, koopman in fruit en vis, en Hendrika of Hendrikje van der Sluijs. Haar vader Samuel van Dal is in Amsterdam geboren. Hij was het 5e kind van Naatje Isaac Lijmer en Jacob Samuel van Dal. Hendrika was de dochter van metaalgietersknecht Levie van der Sluijs en Naatje Walvis.

Anna was handwerkster. Zij trouwde op 10 november 1926 met Salomon Israel, zoon van politieagent Benjamin Israel uit Groningen en Esther Krant uit Hilversum. Ten tijde van de bruiloft was Salomon koffiehuisbediende.

Op 16 april 1936 verhuisde het gezin Israel-van Dal met hun dochter Esther naar Amsterdam, waar ze aan de Zocherstraat 22, I hoog gingen wonen. In Amsterdam werd Salomon theaterportier.

Anna is samen met haar dochter Esther op 7 mei 1943 in kamp Vught terecht gekomen en daarna op 2 juli 1943 naar Westerbork vervoerd. Salomon zat al op 20 februari 1943 in kamp Vught en hij lijkt verschillende keren in Westerbork terecht te zijn gekomen. Van hem en van zijn dochter Esther zijn kaarten in de cartotheek van de Joodsche Raad gevonden waarop is vermeld dat zij per 3 juli 1943 in barak 62 van Westerbork zaten. De hele familie is vanuit Westerbork op 6 juli 1943 op transport gezet naar Sobibor waar ze direct na aankomst zijn vermoord.

Gebaseerd op documenten uit het Stadsarchief van Rotterdam en Amsterdam en op informatie van de Arolsen Archives, oorlogslevens.nl, wiewaswie.nl en de cartotheek van de Joodsche Raad.

 

 

Copyrights: Naamsvermelding CC BY Naamsvermelding-NietCommercieel CC BY-NC Delen